Damesjasje
Deze jas is een duidelijk voorbeeld van de conceptuele opvattingen van de Belgische modeontwerper Martin Margiela. Voor zowel zijn voorjaar- als najaarscollectie van 1998 keek hij naar proporties en zocht hij naar het contrast tussen 2D en 3D. Wanneer de jas niet wordt gedragen is hij helemaal plat. Dit effect ontstaat doordat het jasje de tweedimensionale structuur van het patroon behoudt. Daarnaast zijn de armsgaten niet aan de zijkant van de jas geplaatst, maar gesneden uit de voorkant. Geheel in lijn met het gedachtegoed van de ontwerper werden de collectiestukken niet in een normale show gepresenteerd. Margiela koos ervoor om een soort veilingsituatie te creëren waarbij medewerkers van het modehuis, gekleed in witte laboratoriumjassen, de kledingstukken omhoog hielden. De kleding hing aan de dunne metalen kledinghangers die ook wel gebruikt worden in bijvoorbeeld stomerijen. Door de kledingstukken niet op het lichaam te presenteren werd de platheid versterkt en de rol van een drager vermeden.